Vorige week constateerde het CBS dat “de spanning op de arbeidsmarkt nog verder oploopt”. De arbeidsmarkt is historisch krap. Nooit eerder stonden er zoveel vacatures open en was er zo weinig aanbod van werkzoekenden. In het tweede kwartaal van 2022 stonden tegenover 143 vacatures 100 werkzoekenden. Als intercedent heb je dan een uitdaging. Hoe vervul jij al die vacatures? Waar vind je nog mensen? Het onbenut arbeidspotentieel biedt kansen.
Om vacatures te vervullen boor je natuurlijk alle mogelijke kanalen aan. Een deel van de Nederlandse werknemers, zo’n 40 procent) staat echter helemaal niet open voor een overstap naar een andere baan. Tegelijkertijd is zo’n 10 tot 15 procent van de werknemers wel op zoek naar een nieuwe uitdaging. Dit is natuurlijk een interessante groep om te bereiken en benaderen. Je moet dan wel precies op het juiste moment het juiste aanbod hebben.
Wellicht dat het zogenaamde onbenut arbeidspotentieel wervingskansen biedt. Deze groep personen bestond in het tweede kwartaal van 2022 uit liefst 1,1 miljoen mensen.
Het onbenut arbeidspotentieel bestaat uit vier verschillende groepen mensen:
Er zijn grote regionale verschillen in onbenut arbeidspotentieel. Het onbenut arbeidspotentieel is het kleinst in de drie zuidelijke provincies Noord-Brabant, Zeeland en Limburg. In Groningen en Noord-Holland is het onbenut arbeidspotentieel juist relatief groot. Daarna volgen Zuid-Holland, Flevoland en Friesland. In dit artikel van het CBS kun je in een interactieve kaart per gemeente het percentage onbenut arbeidspotentieel zien.
Lees ook: Krijg snel inzicht in jouw regionale arbeidsmarktsituatie
Zelfs in een zeer krappe arbeidsmarkt zijn er dus nog altijd wervingsmogelijkheden. Wel zul je creatief moeten zijn bij de werving en aan moeten sluiten op de wensen van deze werkzoekenden.